Pijltje om terug te gaan naar alle artikelen

Onrechtmatige inkijk & de 2-meter-regel | Artikel 5:50 BW uitgelegd

Bob de Jager

Een raam of een dakterras kan inkijk geven naar de buren waardoor hun privacy wordt geschonden. Zo’n “lichtopening” kan onrechtmatig zijn en nopen tot actie. Mr. Bob de Jager over de onrechtmatige inkijk en de procedure daartegen. Meteen naar FAQ? Klik dan hier.

Onrechtmatige inkijk door een “lichtopening”

In het burenrecht zijn zgn. “lichtopeningen” nabij de erfgrens relevant. Dat zijn vensters (ramen), balkons en soortgelijke werken (dakterrassen). Als die uitzicht geven op een naburig erf, dan kunnen deze ongeoorloofd zijn als aan wettelijke voorwaarden wordt voldaan. Ongeoorloofd zijn sowieso niet geblindeerde ramen, kiepramen (met zicht naar boven), uitzicht op een blinde muur of de openbare weg, een trap, een loopbrug (Gerechtshof 2024) en een raam ver boven ooghoogte zodat inkijk alleen mogelijk is met doelbewuste hulpmiddelen zoals een ladder (Gerechtshof 2018).

 

Onrechtmatige inkijk volgens de wet

Wanneer is een raam of dakterras ongeoorloofd? Wetsartikel 5:50 BW zegt: “Tenzij de eigenaar van het naburige erf daartoe toestemming heeft gegeven, is het niet geoorloofd binnen twee meter van de grenslijn van dit erf vensters of andere muuropeningen, dan wel balkons of soortgelijke werken te hebben, voor zover deze op dit erf uitzicht geven.” Kortom, een lichtopening binnen twee meter van de erfgrens is onrechtmatig. Oók als een gemeente een Omgevingsvergunning ervoor verleende. Een lichtopening buiten twee meter kan in bijzondere gevallen onrechtmatig zijn (Hoge Raad 2019).

 

Actie tegen uitzicht op eigen erf

Als een lichtopening ongeoorloofd is, dan kan de opheffing van die toestand worden gevorderd. Eerst door middel van een sommatiebrief met een redelijke termijn tot opheffing. Als duurzame verbetering dan uitblijft, kan de rechter de nabuur veroordelen artikel 5:50 BW na te komen. Zo’n rechtszaak vangt aan met een dagvaarding. Daarin staat de eiser sterk: Een rechter heeft in beginsel geen ruimte voor een belangenafweging. Een kort geding is dan ook kansrijk omdat een Voorzieningenrechter de opheffing van de toestand als een aannemelijke uitkomst in de bodem zal achten.

 

Meting van de ‘twee-meter-regel’

Van belang is de afstand tussen lichtopening en erfgrens. De minimale twee meter geldt voor die afstand. Bij ramen wordt die gemeten vanaf het raam recht vooruit (haaks t.o.v. het kozijn). Zijdelings zicht telt niet mee (ook al geeft die veel inkijk). Uitzicht vanaf een balkon of dakterras wordt anders gemeten: Die start volgens de wet vanaf “de buitenste naar het naburige erf gekeerde rand van het vooruitspringende werk” tot aan de erfgrens. Kortom, inkijk vanaf de korte zijde van een balkon, is relevant (Rechtbank Rotterdam).

 

Visuele privacy wordt beschermd

De bedoeling van de wetgever is de mogelijkheid van uitzicht op naburige erven te beperken. De bepaling beschermt de nabuur tegen de mogelijkheid dat onopgemerkt en door een ander onwillekeurig inbreuk wordt gemaakt op zijn privacy. Als een dakterras andere overlast geeft, zoals geluidsoverlast, dan valt die niet onder artikel 5:50 BW. Andere overlast kan onrechtmatige hinder zijn volgens artikel 5:37 BW.

 

Proportionaliteit en misbruik van recht

Zoals gezegd, artikel 5:50 BW is een strikte norm met amper ruimte voor een belangenafweging. Uitsluitend als het verbod een absurde of bijzonder knellende werking heeft, kan een beroep op misbruik van recht uitkomst bieden (artikel 3:13 BW). Let op, de vordering tot opheffing mag niet verder gaan dan noodzakelijk. De nabuur zal dus niet succesvol het dichtmetselen van het venster kunnen vorderen, als wordt volstaan met ondoorzichtig glas.

 

Verjaring na 10 of 20 jaar

Een ongeoorloofde lichtopening kan verjaren (en zo legaliseren). Indien de benadeelde nabuur door verjaring geen wegneming van de lichtopening meer kan vorderen, dan is het hem zelfs verboden binnen een afstand van twee meter nieuwe werken aan te brengen die de (voorheen ongeoorloofde) lichtopening belemmert. De verjaring leidt tot een erfdienstbaarheid om de lichtopening te dulden en de ruimte eromheen vrij te houden. Als de eigenaar van de (voorheen ongeoorloofde) lichtopening te goeder trouw is, verkrijgt hij de erfdienstbaarheid na 10 jaar, en anders na 20 jaar.

 

Toestemming voor verboden uitzicht mogelijk?

Situaties die kwalificeren als een inbreuk op het burenrecht, zoals het verbod van artikel 5:50 BW, kunnen niettemin worden gerechtvaardigd doortoestemming en het bestaan van een daartoe strekkende erfdienstbaarheid. Door middel van het vestigen van een erfdienstbaarheid kunnen partijen afwijken van het burenrecht. De inhoud van de erfdienstbaarheid wordt dan gevormd door een afwijking van het burenrecht. Toestemming kan in het Kadaster worden geregistreerd ex artikel 3:17 BW.

 

Wilt u weten of uw situatie onder artikel 5:50 BW valt? Wij doen een eerste beoordeling van uw zaak vrijblijvend en binnen 24 uur.

Veelgestelde vragen

Wat wordt bedoeld met een “lichtopening”?
Een lichtopening is een raam, balkon, dakterras of vergelijkbare constructie waardoor uitzicht mogelijk is op het naburige erf. Als zo’n lichtopening binnen twee meter van de erfgrens ligt én uitzicht geeft op het erf van de buren, kan deze onrechtmatig zijn.
Wat is een lichtopening?
In het burenrecht zijn lichtopeningen vensters (ramen), balkons en soortgelijke werken (dakterrassen). Als die uitzicht geven op een naburig erf, dan kunnen deze ongeoorloofd zijn als aan wettelijke voorwaarden wordt voldaan.
Wat is geen lichtopening?
In het burenrecht zijn toegestaan geblindeerde ramen, kiepramen (met zicht naar boven), uitzicht op een blinde muur of de openbare weg, een trap, een loopbrug en een raam ver boven ooghoogte zodat inkijk alleen mogelijk is met doelbewuste hulpmiddelen zoals een ladder.
Wanneer is inkijk onrechtmatig?
Tenzij een nabuur toestemming heeft gegeven, is een lichtopening ongeoorloofd (en onrechtmatig) binnen twee meter van de grenslijn van dit erf vensters of andere muuropeningen, dan wel balkons of soortgelijke werken te hebben, voor zover deze op dit erf uitzicht geven. Een lichtopening buiten twee meter kan in bijzondere gevallen ook onrechtmatig zijn.
Kan tegen onrechtmatige inkijk worden opgetreden?
Als een lichtopening ongeoorloofd is, dan kan de opheffing van die toestand worden gevorderd. Met een sommatiebrief en dan via de rechter. Een rechtszaak vangt aan met een dagvaarding. Een rechter heeft in beginsel geen ruimte voor een belangenafweging.
Hoe wordt de afstand van de twee-meter-regel gemeten?
Dat hangt af van het soort lichtopening: • Ramen: gemeten recht vooruit vanaf het raam (loodrecht op het kozijn). Zijdelings zicht telt niet mee. • Balkons/dakterrassen: de meting start vanaf de naar het buur-erf gekeerde buitenrand van het balkon of terras.
Hoe wordt de ‘twee-meter-afstand’ bij een raam bepaald?
Van belang is de afstand tussen lichtopening en erfgrens. De minimale twee meter geldt voor die afstand. Bij ramen wordt die gemeten vanaf het raam recht vooruit (haaks t.o.v. het kozijn). Zijdelings zicht telt niet mee.
Hoe wordt de ‘twee-meter-afstand’ bij een raam bepaald?
Uitzicht vanaf een balkon of dakterras wordt gemeten vanaf de buitenste naar het naburige erf gekeerde rand van het vooruitspringende werk tot aan de erfgrens.
Mag zijdelings zicht wél inkijk geven zonder dat het onder artikel 5:50 BW valt?
Ja. Zijdelings zicht kan in de praktijk veel inkijk veroorzaken, maar voor de toepassing van artikel 5:50 BW telt alleen de afstand in rechte lijn naar voren.
Maakt een omgevingsvergunning een lichtopening legaal?
Nee. Artikel 5:50 BW is een civielrechtelijke norm en geldt onafhankelijk van een omgevingsvergunning. Zelfs een vergund raam kan dus toch onrechtmatig zijn.
Kan ik actie ondernemen tegen een onrechtmatige lichtopening?
Ja. De gebruikelijke stappen zijn: 1. Sommatie sturen om de lichtopening op te heffen of te verduisteren. 2. Bij uitblijven van verbetering kan een rechterlijke procedure volgen. De rechter moet de wettelijke norm toepassen en heeft weinig ruimte voor belangenafweging.
Wat als inkijk alleen mogelijk is met hulpmiddelen zoals een ladder?
Dan is er meestal geen sprake van een ongeoorloofde lichtopening. Rechtspraak geeft aan dat enkel zicht vanaf ooghoogte telt; doelbewuste handelingen met hulpmiddelen vallen er niet onder de specifieke regeling van artikel 5:50 BW.
Valt uitzicht op een blinde muur, openbare weg of water ook onder artikel 5:50 BW?
Nee. Deze situaties leveren geen inkijk op iemands leefomgeving of op het (directe) naburige erf op en vallen daarom niet onder het verbod.
Beschermt artikel 5:50 BW alleen visuele privacy?
Ja, de wet beperkt de mogelijkheid van uitzicht op naburige erven. De bepaling beschermt de nabuur tegen de mogelijkheid dat onopgemerkt en door een ander onwillekeurig inbreuk wordt gemaakt op zijn privacy. Als een dakterras andere overlast geeft, zoals geluidsoverlast, dan valt die niet onder artikel 5:50 BW. Andere overlast kan onrechtmatige hinder zijn volgens artikel 5:37 BW.
Beschermt artikel 5:50 BW ook tegen geluid of andere vormen van hinder?
Nee. Artikel 5:50 BW gaat uitsluitend over uitzicht en visuele privacy. Geluid, rook, geur of trillingen vallen onder artikel 5:37 BW (onrechtmatige hinder).
Kan verboden uitzicht verjaren?
Ja, een ongeoorloofde lichtopening kan verjaren (en zo legaliseren). Indien de benadeelde nabuur door verjaring geen wegneming van de lichtopening meer kan vorderen, dan is het hem zelfs verboden binnen een afstand van twee meter nieuwe werken aan te brengen die de (voorheen ongeoorloofde) lichtopening belemmert. De verjaring leidt tot een erfdienstbaarheid om de lichtopening te dulden en de ruimte eromheen vrij te houden. Als de eigenaar van de (voorheen ongeoorloofde) lichtopening te goeder trouw is, verkrijgt hij de erfdienstbaarheid na 10 jaar, en anders na 20 jaar.
Is toestemming voor een verboden uitzicht mogelijk?
Ja, situaties die kwalificeren als een inbreuk op het burenrecht, zoals het verbod van artikel 5:50 BW, kunnen worden gerechtvaardigd door toestemming en het bestaan van een daartoe strekkende erfdienstbaarheid. Met een erfdienstbaarheid kunnen partijen afwijken van het burenrecht.
Kan ik eenvoudig meer weten over onrechtmatige inkijk of verboden uitzicht?
Ja, door vrijblijvend ons kantoor te e-mailen of te bellen en uw vraag voor te leggen.

Relevante Artikelen

Alle artikelen
Bob de Jager
Huurrecht bedrijfsruimte
Huurovereenkomst

Uitleg huurovereenkomst, verplichte tegenprestatie, verschillende soorten en bewijsrisico bij de mondelinge huurovereenkomst

Sarah van der Salm
Contractenrecht
Vaststellingsovereenkomst in beton gegoten?

Vaststellingsovereenkomst, bindend advies en de executoriale titel van een notariële schikking

Bob de Jager
Vastgoedrecht
Verkoper aansprakelijk voor verborgen gebreken? Check de checklist

Gebrek, omvang schadevergoeding, mededelingsplicht, prioriteitsregel en tijdig reclameren

Sebastiaan Kieffer
Verjaring na 10 of 20 jaar? Het vereiste van ‘goede trouw’ uitgelegd

Grondverkrijging door verjaring. Bezit te goeder of kwader trouw, 10 of 20 jaar

Huur of gebruik? Het verschil tussen de huur- en bruikleenovereenkomst uitgelegd

Huur- of gebruiksovereenkomst, bruikleen, tegenprestatie, beeindiging

Sebastiaan Kieffer
Recht van overpad verplaatsen, waarom en waarheen?

Recht van overpad, een erfdienstbaarheid die kan worden verplaatst (genot en schadeloosstelling)