Pijltje om terug te gaan naar alle artikelen

Erfdienstbaarheid uitgelegd | 10 aandachtspunten & tips

Bob de Jager

Een erfdienstbaarheid geeft een persoon het recht om gebruik te maken van het erf van een ander. Erfdienstbaarheden hebben vele kenmerken en onduidelijkheden. Het zijn letterlijk en figuurlijk voedingsbodem voor geschillen tussen buren. Mr. Bob de Jager legt uit. Meteen naar FAQ? Klik dan hier.

1. Wat is een erfdienstbaarheid?

Erfdienstbaarheid stelt een verplichting voor een eigenaar van het ene erf jegens de eigenaar van een ander erf. Dat is een verplichting om iets te dulden of om niet te doen (een last dus). De partij met de last is de eigenaar van het ‘dienende erf’ (of ‘lijdende erf’). De ander met het (gebruiks)recht is eigenaar van het ‘heersende erf’. Ten opzichte van een dienend erf kunnen meerdere heersende erven bestaan, bijvoorbeeld bij een recht van overpad ten gunste van meerdere buren. Erfdienstbaarheid is een zakelijke recht en geregeld in artikel 5:70 e.v. BW.

 

2. Verschillende erfdienstbaarheden

Erfdienstbaarheden kunnen voor uiteenlopende kwesties geschikt zijn, zoals:

 

• een recht van overpad,

• een recht van doorgang,

• een recht van weg,

• een recht van toegang,

• een recht van overbouw,

• een recht van in- en/of uitzicht,

• een recht van inkijk (ongeoorloofde lichtopening),

• een recht van afwatering,

• een recht van leiding (elektra of riolering),

• een recht van opslaan,

• een recht tot instandhouding van begroeiing.

 

Erfdienstbaarheden zijn verbonden aan onroerende zaken, niet aan personen (eigenaars). De lasten en rechten die eruit voortvloeien komen wel toe aan de betreffende eigenaars plus diens bezoekers of huurders (tenzij die laatsten expliciet zijn uitgezonderd).

3. Ontstaan van een erfdienstbaarheid

Erfdienstbaarheid is een zakelijk recht. Dat ontstaat (meestal) na een overeenkomst tussen partijen. Vervolgens formaliseert een notaris die afspraak in een akte van vestiging of in een andere akte (ter gelegenheid van bijvoorbeeld de levering of splitsing van onroerend goed). De notaris zal de erfdienstbaarheid openbaar registreren (Kadaster). Vanaf het tijdstip van die publicatie geldt de erfdienstbaarheid. Let op, indien de onroerende zaak belast is met een hypotheekrecht, dan moet de hypotheekhouder toestemming voor deze vestiging geven. Erfdienstbaarheid kan ook ontstaan door verjaring (artikel 5:72 BW). Lees hier meer.

 

4. Verplichtingen van het heersende erf

Aan een erfdienstbaarheid kunnen gebruikskosten zijn verbonden. Dat wordt ook ‘retributie’ genoemd. Dat is overigens niet vaak aan de orde. Aan de orde is altijd wel de verplichting voor de eigenaar van het heersende erf om de erfdienstbaarheid op de minst bezwarende wijze uit te oefenen. Een recht van overpad dat expliciet bedoeld is om over te wandelen, kan dus niet met geautomatiseerde voertuigen worden gebruikt.

 

5. Verplichtingen van het dienende erf

Dé verplichting voor de eigenaar van het dienende erf is het dulden van het betreffende recht van een ander (passief ). Een verplichting om iets actiefs te doen (om een prestatie te leveren in plaats van iets te dulden) is niet snel aan de orde: Oorspronkelijk volgt uit het Romeinse recht dat erfdienstbaarheid enkel een last inhoudt. In de loop van de tijd zijn daarop uitzonderingen ontstaan. Zo biedt de huidige wet de mogelijkheid om de eigenaar van het dienende erf aan twee prestaties te verbinden. Namelijk om het dienende erf te onderhouden en zelfs te bebouwen. Voor andere prestaties is een erfdienstbaarheid niet geschikt. Daarvoor moeten buren een 'normale' overeenkomst sluiten (met eventueel kettingbeding en boetes).

 

6. Duur en beëindiging

Erfdienstbaarheid wordt doorgaans gevestigd voor onbepaalde tijd. Een erfdienstbaarheid kan worden opgeheven als partijen gezamenlijk het recht doorhalen. Als partijen het oneens zijn over het voortbestaan, dan kan de rechter de erfdienstbaarheid opheffen. Verder kan erfdienstbaarheid eindigen door onder meer verjaring (“non usus”), tenietgaan van het erf, ruilverkaveling of vermenging. 

 

7. Gebondenheid voor derden

Zakelijke rechten worden door notarissen gevestigd, zijn openbaar geregistreerd (Kadaster), voor iedereen raadpleegbaar én voor iedereen bindend (zgn. ‘derdenwerking’). Bij verkoop van het heersende erf gaat het recht mee over. Daar is geen aparte akte of vermelding in een koopakte voor nodig. Overgang vindt van rechtswege plaats. Kortom, rechtsopvolgers (nieuwe buren) zijn aan een bestaande erfdienstbaarheid gebonden. Erfdienstbaarheden blijven ook bestaan als de erven worden gesplitst (in zoverre die heersende erven er nog baat bij hebben). Voor de verkoper van onroerend goed is het wel verstandig om van een dergelijke last melding te maken (ter voorkoming van non-conformiteit).

 

8. Wijziging

Wijziging van erfdienstbaarheid is mogelijk door de inschrijving van een notariële wijzigingsakte of een vonnis. Die eerste zullen buren vrijwillig overeenkomen. Dat laatste zal op initiatief van de eigenaar van het dienende erf worden verkregen (wie zich met het bestaan of de uitoefening van een erfdienstbaarheid kennelijk niet kan verenigingen). Uit artikel 5:78 BW volgt dat wijziging kan worden toegewezen bij onvoorziene omstandigheden of als minimaal twintig jaren zijn verlopen (na het ontstaan van de erfdienstbaarheid) en het ongewijzigd voortbestaan van de erfdienstbaarheid in strijd is met het algemeen belang. 

 

9. Eenzijdige verlegging

De eigenaar van het dienend erf heeft de erfdienstbaarheid te dulden, maar dat is niet onbegrensd. Die eigenaar is soms bevoegd om - eenzijdig - de erfdienstbaarheid te verleggen. De nabuur dient de verplaatsing te accepteren, onder bepaalde omstandigheden. Lees hier meer.

 

10. Interpretatie en uitleg

De inhoud van een erfdienstbaarheid en de wijze van uitoefening worden bepaald door 1. de inhoud van de akte van vestiging, 2. de plaatselijke gewoonte en/of 3. de jarenlange wijze van uitoefening. Hieronder een toelichting:

 

Ten eerste de notariële akte. Bij de uitleg van deze akte geldt een objectieve maatstaf. De bedoeling van een bepaling dient te volgen uit de tekst van de akte en dient naar objectieve maatstaven te worden uitgelegd. Ratio van deze strikte uitlegwijze is dat derden moeten kunnen vertrouwen op hetgeen in de openbare registers staat, en dus hetgeen letterlijk in zo'n akte is vermeld. Terug redeneren naar de mogelijke bedoelingen van partijen destijds is dus niet aan de orde. Enkel de partijbedoeling die woordelijk uit de akte blijkt, is relevant volgens de Hoge Raad. Zij interpreteerde een ‘recht van in- en uitzicht’ aan de hand van de partijbedoeling zoals dat sec was geformuleerd in deen vestigingsakte. De vraag of de buren de mogelijkheid hadden om zich méér in- en uitzicht te verschaffen dan dat zij ten tijde van de vestiging van de erfdienstbaarheid in feite hadden, werd negatief beantwoord. Dat ‘meerdere’ volgde immers niet uit de tekst van de erfdienstbaarheid. 

 

Ten tweede de plaatselijke gewoonte. Het gerechtshof oordeelde in 2024 over een in 1897 gevestigde erfdienstbaarheid het volgende: Volgens de akte gaf deze erfdienstbaarheid de buren het recht om te voet en met een krui- of handwagen via een inpandige gang naar de achterkant van en naar hun eigen erf te gaan. De vraag was of de buren ook het recht van doorgang hadden met andere objecten, zoals een (elektrische) fiets of kinderwagen. Het hof antwoordde bevestigend, dat recht hadden de buren. Daarbij was relevant dat een handkar niet meer door de huidige doorgang paste en een fiets in de twintigste eeuw een alledaags vervoermiddel is.

 

Ten derde, als een erfdienstbaarheid te goeder trouw geruime tijd zonder tegenspraak op een bepaalde wijze is uitgeoefend, dan is - bij twijfel over de inhoud - die wijze van uitoefening beslissend.

 

Twijfelt u over een bestaande erfdienstbaarheid of heeft u een burenconflict? Neem vrijblijvend contact op met mr. Bob de Jager voor deskundige juridische hulp op maat.

Veelgestelde vragen

Wat is een erfdienstbaarheid?
Een erfdienstbaarheid is een zakelijk recht met een last voor een eigenaar van een onroerende zaak. Het is een verplichting om iets te dulden op het ‘dienende erf’ voor de eigenaar van het ‘heersende erf’.
Wat zijn de kosten voor een erfdienstbaarheid?
Aan een erfdienstbaarheid kunnen periodieke kosten zijn verbonden. De zogenaamd retributie. Dat is niet standaard of verplicht. Het vestigen van een erfdienstbaarheid door een notaris brengt eenmalig kosten mee.
Hoe ontstaat een erfdienstbaarheid?
Erfdienstbaarheden kunnen ontstaan door vestiging en door verjaring.
Heeft de begunstigde van een erfdienstbaarheid verplichtingen?
De eigenaar van het heersende erf dient de erfdienstbaarheid op de minst bezwarende wijze uit te oefenen. Een recht van overpad om te bewandelen, kan dus niet stelselmatig met geautomatiseerde voertuigen worden gebruikt.
Hoe lang duurt een erfdienstbaarheid?
Erfdienstbaarheid wordt doorgaans gevestigd voor onbepaalde tijd. Een erfdienstbaarheid kan worden opgeheven als partijen gezamenlijk het recht doorhalen. Verder kan erfdienstbaarheid eindigen door onder meer verjaring, tenietgaan van het erf, ruilverkaveling of vermenging.
Is erfdienstbaarheid voor buitenstaanders bindend?
Erfdienstbaarheid is een zakelijk recht. Zakelijke rechten zijn openbaar geregistreerd en voor iedereen kenbaar. Dat maakt dat deze rechten derden binden. Overgang van zo'n recht op een ander, vindt dan ook van rechtswege (automatisch) plaats.
Kan erfdienstbaarheid wordt verplaatst?
De eigenaar van het dienend erf is soms bevoegd om - eenzijdig - de erfdienstbaarheid te verleggen. De eigenaar van het heersende erf dient de verplaatsing te accepteren, althans onder bepaalde omstandigheden.
Op welke wijze wordt een erfdienstbaarheid uitgelegd (als de akte onduidelijk is)?
De inhoud van erfdienstbaarheden en de wijze van uitoefening worden bepaald door 1. de akte van vestiging, door 2. de plaatselijke gewoonte of door 3. de jarenlange wijze van uitoefening. Een notariële akte wordt objectief en grammaticaal uitgelegd.
Kan ik eenvoudig meer weten over erfdienstbaarheid?
Ja, door vrijblijvend ons kantoor te e-mailen of te bellen en uw vraag voor te leggen.
Wat is het verschil tussen een recht van overpad en andere erfdienstbaarheden?
Een recht van overpad is een type erfdienstbaarheid dat iemand het recht geeft om over de grond van een ander te gaan. Andere erfdienstbaarheden kunnen gaan over: leidingen (riool, water, elektra), uitzicht, inkijk, lichtinval en onderhoud.
Hoe kan ik zien of mijn perceel een erfdienstbaarheid heeft?
Dat kan met de notariële akte van levering van de woning (transportakte), een kadastraal uittreksel, oudere notariële akten (soms staan erfdienstbaarheden in oude akten) en een erfdientbaarhedenonderzoek door het Kadaster
Mag een erfdienstbaarheid mondeling worden afgesproken?
Nee. Een erfdienstbaarheid moet schriftelijk, notarieel en Kadastraal worden vastgelegd. Alleen bij verjaring kan een erfdienstbaarheid zonder notariële akte ontstaan.
Kan een erfdienstbaarheid worden opgeheven?
Ja, dat kan als beide partijen akkoord zijn en via de notaris opheffen, via de rechter als de erfdienstbaarheid geen nut meer heeft of als het object niet meer bestaat.
Mag het dienend erf het pad of weg blokkeren of afsluiten?
In principe niet. Het voordeel van de erfdienstbaarheid moet behouden blijven.

Relevante Artikelen

Alle artikelen
Bob de Jager
Collectief eigendom van vastgoed
Collectief Eigendom van Vastgoed: Mogelijkheden en Organisaties

Collectief eigendom van vastgoed wordt in meerdere entiteiten vormgegeven. Zoals een gemeenschap, VvE, exploitatievereniging of CPO

Sarah van der Salm
Huurrecht woonruimte
Ontbinding en ontruiming door de verhuurder

Ontbinding huurovereenkomst, ontruiming van het gehuurde, gronden en voorbeelden

Sarah van der Salm
Appartementsrecht (VvE)
Nietig VvE besluit altijd ongeldig of zijn er uitzonderingen?

Nietig VvE besluit vanwege strijd met de wet, goede zeden, openbare orde, akte van splitsing en fundamentele totstandkomingseisen

Huur of gebruik? Het verschil tussen de huur- en bruikleenovereenkomst uitgelegd

Huur- of gebruiksovereenkomst, bruikleen, tegenprestatie, beeindiging

Sebastiaan Kieffer
Verjaring na 10 of 20 jaar? Het vereiste van ‘goede trouw’ uitgelegd

Grondverkrijging door verjaring. Bezit te goeder of kwader trouw, 10 of 20 jaar

Sarah van der Salm
Grondeigendom door verjaring | Uitleg van het vereiste ‘bezit’

Grondeigendom door verjaring en het vereiste van bezit, bezitsdaden, stuiten en exclusiviteit.