
VvE besluiten scheppen rechten en plichten binnen en buiten een VvE. Deze vergaderbesluiten zijn dan vaak ook het startpunt van een rechtszaak. Bijvoorbeeld omdat tegenstanders die willen vernietigen via de rechter. Maar niet elke beslissing binnen een VvE is een ‘VvE besluit’ dat kan worden vernietigd. Mr. Bob de Jager licht hieronder toe wanneer een beslissing een ‘VvE besluit’ is, en wanneer een VvE besluit bindend en aanvechtbaar is. Meteen naar FAQ? Klik dan hier.

Niet elke beslissing binnen een VvE of citaat in notulen is een ‘VvE besluit’. Het moet gaan om een ‘rechtshandeling’ van een ‘orgaan’ van de rechtspersoon. Organen van een VvE zijn bijvoorbeeld de algemene ledenvergadering (ALV), de kascommissie of het bestuur. De bevoegdheid van een orgaan tot het nemen van een besluit, volgt doorgaans uit de akte van splitsing.
Een ‘rechtshandeling’ is een handeling van een orgaan met een concreet en aanwijsbaar rechtsgevolg (artikel 3:33 BW). Een rechtsgevolg dat het betreffende orgaan ook echt moet ‘willen’. Een ‘op rechtsgevolg gerichte wil’ ook wel genoemd. Bijvoorbeeld een ALV die beslist tot een verhuurverbod van appartementsrechten met boetes (om het leefklimaat te bevorderen). Als een individu die regel overtreedt, dan verbeurt hij een boete die de VvE kan incasseren. De ALV wil duidelijk een regel stellen in de vorm van een verbod waardoor het eigendomsrecht wordt beperkt (rechtsgevolg) met als prikkel een boete (rechtsgevolg). Als de ALV hiertoe bevoegd is, dan is sprake van een ‘VvE besluit’.
Niet elke beslissing binnen een VvE of citaat in notulen is aanvechtbaar door een VvE-lid of een bestuurder. Zo oordeelde het gerechtshof dat de nietig- en vernietigbaarheid van artikel 2:14 BW en artikel 2:15 BW “zijn geschreven voorbesluiten die als rechtshandeling zijn aan te merken.” Kortom, een beslissing zonder rechtsgevolg is geen rechtshandeling en dus geen (aanvechtbaar) VvE besluit. Zo’n beslissing kan ongewenst zijn, maar die is dus niet bindend.
De tegenstander van een beslissing zonder rechtsgevolg, is in theorie niet verplicht om de nietigheid ervan in te roepen. Mocht een nietig-of vernietigingsprocedure worden gestart vanwege twijfel over de aard van die beslissing, of een ander besluit wordt ook aangevochten, dan kan het ontbreken van rechtsgevolg wel worden bepleit. Het kan (als tegenstander) verstandig zijn daarvoor een verklaring voor recht te vorderen om zeker te zijn dat de beslissing niet alsnog de werking van een VvE besluit heeft.
Een besluit met rechtsgevolg veronderstelt dat iets zal veranderen. Dat wordt ook wel een ‘positief VvE besluit’ genoemd. Het tegenovergestelde daarvan is een ‘negatief VvE besluit’. Zoals de afwijzing van een initiatief door de ALV. Bijvoorbeeld een bestuursontslag dat enkele VvE-leden initieerden, maar waar de meerderheid aan leden tegenstemde. Deze beslissing zal doorgaans niet als een ‘VvE besluit’ kwalificeren: er verandert niets. Die beslissing heeft geen rechtsgevolg en is dus niet vernietigbaar. (Een mislukt ontslag is wel geschikt voor een verzoek tot een vervangende machtiging voor de aanstelling van een andere bestuurder ex artikel 5:121 BW.)
Het is niet zo dat elke afwijzing van een voorstel onaanvechtbaar is. Het vernietigen van een negatief besluit is wel mogelijk als daarvoor een concreet belang bestaat. Dan heeft het negatieve VvE besluit toch rechtsgevolg. Let op, deze vernietigingsprocedure mag geen nieuwe poging van de verzoeker zijn om alsnog toestemming of medewerking voor zijn initiatief te krijgen. Die wens op zich is volgens de kantonrechter geen belang. Om alsnog toestemming voor een initiatief te krijgen, dan biedt het VvE-recht een vervangende machtiging van de kantonrechter (in plaats van de ALV).
Een VvE besluit is meer dan enkel een beslissing, het is een op rechtsgevolg gerichte wil van een daartoe bevoegd orgaan. Verder vereist een rechtsgeldig VvE besluit ook de naleving van meerdere formaliteiten zoals correcte agendering, voldoende quorum en stemmen. En ja, als dan sprake is van een rechtsgeldig VvE besluit, dan is het bindend voor alle betrokkenen van een VvE. Die gebondenheid volgt soms expliciet uit het splitsingsreglement, zoals artikel 56.4 MR 2017.
Dat een besluit bindend is, is logisch omdat VvE besluiten anders een dode letter zouden zijn hetgeen een VvE stuurloos zou maken. In een discussie over de gebondenheid zei een Rotterdamse rechter: “Wanneer zij zich met een besluit niet kunnen verenigen staat het hen vrij om binnen een maand na kennisneming van het VVE-besluit dit te laten vernietigen door de kantonrechter (artikel 5:130 BW).” Kortom, een VvE besluit is bindend tenzij het wordt vernietigd. Daarvoor ligt het initiatief bij de tegenstander, en dat is op z’n Cruijffiaans gezegd: “logisch”.